Waarom je soms een geweldige kans moet laten schieten | column

Jolein de Rooij is psycholoog en journalist.© Nikos Tsiokas

Jolein de Rooij

Jolein de Rooij heeft besloten te stoppen met haar wekelijkse column. Ze legt uit waarom.

Een vriendin van me is dol op ’Kamp Van Koningsbrugge’, die serie waarin stoere types worden opgeleid tot commando. De beste leerling-commando wint. Er lopen instructeurs in rond die op cruciale momenten dingen zeggen als: ’dat je nu wilt stoppen omdat je knie zo’n pijn doet, dat is volstrekte onzin. Je kunt toch nog lopen? Loop dan gewoon door. Negeer die gedachtes, en ze zullen verdwijnen.’

Mijn vriendin is verslaafd aan die serie. Ze droomt ervan om zelf commando te zijn. Ze is overduidelijk geen commando. Ze zal ook nooit commando worden. Haar talenten liggen elders: ze coacht mensen om te ontdekken wat hen van nature zo makkelijk afgaat dat ze het zelf niet meer zien. Google maar eens op Marloes Bouwmeester en ’natuurlijke voorsprong’. Daarom vertelde ze me ook over ’Kamp Van Koningsbrugge’: om het verschijnsel geïnjecteerde dromen uit te leggen. Dat is een term die ze bedacht voor dromen waarvan iedereen denkt dat je ze na moet streven. Dat maakt ze gevaarlijk. Meestal zijn het namelijk dromen die niet bij jou passen.

Zelf zou ik ook graag een commando zijn. Tenminste, tot ik daar dieper over nadenk. Want dat betekent dat er dus iemand naar mij gaat schreeuwen dat ik nu mijn rugzak om moet doen, dat ik daar twintig bakstenen in moet doen, dat ik me daarna vijftig keer moet opdrukken, met rugzak en al, dat ik mijn gezicht met modder moet insmeren, en twee dagen niet mag eten en ook niet slapen. Dat wil ik dus niet.

Misschien heb jij ook wel eens commando willen worden. Of balletdanseres, talkshow-host, rockster of hartchirurg, gelukkig getrouwd met drie kinderen. Want er zijn veel geïnjecteerde dromen. En je moet erg voor ze oppassen. Daarom geldt: beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald.

Soms moet je dus een geweldige kans laten schieten. Dat is precies wat ik vandaag van plan ben. Ik ga stoppen met deze column. Daar ga ik natuurlijk eeuwig spijt van krijgen. Zoiets gebeurt me vast geen tweede keer: dat iemand me vraagt om wekelijks in de krant te gaan staan. Dat ik in die krant mag roepen wat ik wil, over een onderwerp waar ik toevallig iets van vind.

Dat ik daarbij zelfs een beetje mag overdrijven. Wat ik de afgelopen maanden trouwens geleerd heb: ik heb een mening. Ik vind zelfs vrij veel. Dat had ik nooit geweten, als het niet gemoeten had omdat ik een column schreef. Geen gemaar. Ik ben dus aardig uit mijn schulp gekropen. En dat vond ik best fijn.

Waarom ik dan toch stop?

Omdat het tijd kost, zo’n column schrijven.

Omdat ik ook andere dingen moet doen.

Omdat ik niet te veel moet hechten aan wat ik bereikt heb.

Omdat het de laatste tijd genoeg over mij ging hier.

Omdat andere mensen ook interessante dingen te zeggen hebben. Ik sta daarom graag mijn plekje af. Dankjewel dat je er was.

Jolein de Rooij is psycholoog en journalist. Ze verdiept zich vooral in het thema ’emoties op de werkvloer’.

Daarover schrijft ze vandaag haar laatste column.

Net binnen